zondag 25 maart 2012

40 – 7



Ruim 40 jaar geleden dobberde ik als embryootje mee in de buik van mijn moeder naar ver-weg-van-hier. Mijn ouders begonnen een nieuw leven in New Zealand. Mijn twee zussen waren 2 en 4. Dat maakt mij jaloers. Zij herinneren zich meer van die jaren dan ik.

Hoe dan ook, op 1 april, in de herfst van 1972 zag ik het licht. We leven anno nu in 2012 en dus word ik 40. Eén vriendin is me een aantal weken voor en lijkt het te overleven, zodoende ga ik niet diep bedroefd in een hoekje zitten alsof het leven voorbij is. Het komt wel goed denk ik, of nee, er is geen ontkomen aan. Ik word toch écht 40!

Alle gekheid op een stokje. Het maakt me totaal niet uit dat ik zo oud wordt.
Weliswaar zijn er jonkies die mij bombarderen tot rijpere vrouw, wat wel weer akelig volwassen klinkt. Dat staat me dan ook niet aan. Maar ja, vanuit die peuter oogjes snap ik dat wel weer. Zo ga ik terug in de tijd en vraag me af: wat vond ik toen ik 22 was van iemand van 40? Erg oud dus. Als ik zo blijf denken moet ik oppassen, straks zie ik mezelf nog als bejaard - out dated!

Er dringen zich echter wel ineens wat vragen op:
·         Zal ik dan éindelijk serieus genomen worden?
·         Sterker nog: wil ik serieus genomen worden?
Natuurlijk wil ik serieus genomen worden, van mijn kleine teen tot in het puntje van mijn haar. Dat is wel veel serieus, maar ik kan heus ook vol ernst zijn. Misschien  moet je dan wel een Irene-kenner zijn. Want liever laat ik me heerlijk gaan in gekte & gedol. Met zoveel serieuze mensen om me heen, vind ik een beetje gekte heel belangrijk.
    Ondertussen weet ik dat het ‘t bloed van mijn vader is dat in mijn aderen stroomt. Hij is nooit volwassen geworden en ik lijk behoorlijk op hem. Pap, bedankt voor je genen! Niet met alle ben ik even blij, maar met deze wel!

Ach papa...
    Zijn eerste ontmoeting met mij was in het ziekenhuis. Hij was halsoverkop verliefd op me. Met mijn acht ponden en een flinke bos haar was hij super trots. Eenmaal bij mijn moeder snapte zij niets van hem:
    “Irene? Een flinke bos met haar?” Ja, nu wel, maar toen niet. “Een achtponder? Nee hoor, nog net geen zesje! Waar ligt Irene dan volgens jou?”
    Zo ontdekte mijn vader, dat hij zich heeft staan vergapen aan een prachtige Maori baby en lag ik achter in de ruimte bij het raam; klein, bleek en een paar wilde pieken op mijn kop. Met de bonding is het helemaal goed gekomen. Zegt een papa’s kindje.

Trouwens, ik zou eigenlijk Ariënne heten. Dat werd ‘m niet, gelukkig. Zoals je weet. Een wijze verpleegkundige wees mijn ouders op het feit dat deze naam op zijn Engels zou klinken als urine! Yak! Zo staat in mijn fotoalbum: we noemen je IRENE, wat vrede betekent. Ik draag sindsdien mijn naam met trots, ben er superblij mee!


En toch écht bijna 40. Nog één weekje... dan ben ik jarig. Hieperdepiephoera!!!
    Eén ding is zeker: er komt géén verjaardagsfeestje. Dus je bent hierbij NIET uitgenodigd, sorry. Ik vier deze mijlpaal lekker met mijn gezinnetje. Dat past mij het beste. Maar tot die tijd: ga ik flink genieten van mijn laatste week als dertiger. Oh, dan mag ik wel eens opschieten, want ik mis al een uur!!!
Zo staat mijn klok op: 40 jaar – 7 dagen – 1 uur